Vennootschapsbelastingplichtige lichamen kunnen onder voorwaarden de Belastingdienst verzoeken om hen aan te merken als een fiscale eenheid (FE) voor de vennootschapsbelasting. De inspecteur beslist bij beschikking op zo’n verzoek. Als hij dit verzoek afwijst, kan het lichaam in bezwaar en beroep gaan tegen deze afwijzing. Maar in de praktijk komt het ook voor dat de inspecteur volledig tegemoet komt aan het verzoek tot het aangaan van een FE, terwijl het lichaam later merkt dat het toch niet de FE wil zoals die in de beschikking staat vermeld. Ook in dat geval kan het lichaam in bezwaar en beroep gaan tegen die beschikking. Op die manier kan het lichaam fouten, gemaakt in het eerdere verzoek, herstellen. Dit blijkt uit een kennisgroepstandpunt van de Kennisgroep formeel recht.
Voorbeelden van fouten in het verzoek zijn het per abuis aanvragen van een FE-vennootschapsbelasting in plaats van een FE-omzetbelasting en fouten in de ingangsdatum. Maar het is ook mogelijk dat de lichamen hebben verzocht om de beëindiging van een fiscale eenheid en daar later toch weer op terugkomen.