Een verlies uit aanmerkelijk belang (ab) is te verrekenen met positieve inkomsten uit ab uit het voorafgaande kalenderjaar en zes kalenderjaren die volgen op het verliesjaar. Als een ab-houder en zijn partner in een bepaald belastingjaar en het daaraan voorafgaande jaar geen ab meer hebben, maar nog wel een te verrekenen ab-verlies, is dit verlies om te zetten in een belastingkorting. De belastingkorting bedraagt 26,9% van het te verrekenen verlies. Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat een verliesvaststellingsbeschikking dan wel een verliesverrekeningsbeschikking een wettelijk vereiste is voor de omzetting van een verlies in een belastingkorting. Uit de beschikking volgt de omvang, het restant, van de nog te verrekenen verliezen. Met dit systeem wordt bereikt dat, zowel voor de inspecteur als voor de belastingplichtige, vaststaat wat de grootte van het in een belastingkorting om te zetten verlies is.
De belastingkorting vermindert in beginsel de box 1-belasting in het kalenderjaar en de daaropvolgende zeven jaren. Uiterlijk in het negende jaar na het lijden van het ab-verlies is een resterend deel van de belastingkorting in mindering te brengen op het box 1-inkomen.