Sommige belastingverdragen bevatten de zogeheten 183-dagenregeling. Deze regeling houdt in dat alleen de woonstaat mag heffen over het loon van haar inwoner die in de andere staat werkt, als die werknemer in het jaar niet meer dan 183 dagen in de werkstaat verblijft. Rechtbank Gelderland oordeelt dat de 183-dagenregeling ziet op werknemers die inkomen genieten uit een land terwijl ze op dat moment inwoner van een ander land zijn. Het moment waarop een werknemer zijn aangifte inkomstenbelasting indient, is dus niet van belang!
Kosten die onderdeel kunnen zijn van de persoonsgebonden aftrek, maar waarvan niet aannemelijk is dat zij zijn betaald vóór de emigratie uit Nederland, zijn niet-aftrekbaar.