Voor gerechtshofof Den Bosch is de vraag gekomen welk bedrag een zogeheten kwalificerende buitenlandse belastingplichtige (kbb) kan aftrekken als zowel hij als zijn partner hypotheekrente betaalt. In deze zaak was de partner van de belastingplichtige zelf geen kbb. Daardoor telde die partner niet als fiscale partner. In deze situatie moet men volgens het hof aansluiten bij de juridische gerechtigdheid tot de woning en de schuldfinanciering. Stel dat de kbb is gerechtigd tot 70% van de eigen woning en in zijn eentje de hypotheekschuld is aangegaan. De woning is voor minder dan 70% gefinancierd met die hypotheekschuld. In dat geval mag de kbb van het hof alle betaalde hypotheekrente aftrekken. Zelfs als de andere partner voor bijvoorbeeld 32,4% in de huishoudelijke kosten deelt. Het hof geeft daarbij toe dat enige twijfel bestaat over de wetsuitleg. Men moet deze twijfel echter in het voordeel van de belanghebbende uitleggen.
Om een kwalificerende buitenlandse belastingplichtige te zijn, moet een belastingplichtige in beginsel onder andere voldoen aan de volgende twee voorwaarden. Ten eerste moet hij inwoner zijn van een EU-lidstaat. Daarnaast moet zijn inkomen, of het gezamenlijk inkomen van hem en zijn partner, voor minstens 90% zijn onderworpen aan Nederlandse inkomsten- of loonbelasting.