Stel, een dga houdt alle aandelen in een bv. Daarnaast exploiteert hij voor eigen rekening en risico een onderneming. De dga wil deze onderneming ruisend inbrengen in zijn bestaande bv. De tegenprestatie zal bestaan uit een agiostorting. De ruisende inbreng van de onderneming leidt tot een desinvesteringsbijtelling. De vraag is of bij de bv recht bestaat op de kleinschaligheidsinvesteringsaftrek (KIA) ten aanzien van de inbreng. De Kennisgroep winstfaciliteiten en firmaproblematiek stelt dat bepaalde verplichtingen in gelieerde verhoudingen in beginsel zijn uitgesloten van de KIA. De inspecteur kan echter onder voorwaarden ontheffing van deze uitsluiting geven. Er kan dus recht op de KIA bestaan.
Eén van de voorwaarden is dat de partijen met de overeenkomst en de daaruit voortvloeiende verplichtingen zakelijk handelen. Deze toets is voorbehouden aan de inspecteur.